De toekomst ziet er niet best uit. De existentiële problematiek is veel breder dan enkel klimaatverandering. Het betreft de overshoot van de planetaire grenzen en het gepasseerd zijn van Holocene - wat het klimaat betreft redelijk gunstige -, omstandigheden. Het heeft betrekking op een toenemende wederzijdse verstrengeling van natuur- en cultuuraspecten.

De energie- en andere transities hebben slechts betrekking op deelterreinen en zijn ontoereikend om de totale samenhangende supercomplexe en ongekende klimaat- en eco-crisis aan te pakken. In feite gaat het om de grenzen van maakbaarheid. De planetaire grenzen zijn bereikt en worden toenemend overschreden. Hetgeen de grenzen aan onze technologische, politieke en economisch/financiële maakbaarheid aan het licht brengt.

We leven nu in het Antropoceen, en een 'goed Antropoceen' richting Symbioceen, zoals sommigen in gedachten hebben, bestaat niet. 

De term Antropoceen is nog niet algemeen ingeburgerd, maar het begrip kan nuttig zijn voor filosofische reflectie omtrent wat gaande is, wat de diepere oorzaken zouden kunnen zijn, waarom we het maar niet weten op te lossen, en wat dit zou kunnen gaan betekenen voor de toekomst. 

Verandering is van alle tijden, is er wat dat betreft dan wel iets nieuws onder de zon? Hoe dan ook: we zitten nu in planetaire overshoot en we gaan tegen de levensondersteunende werking van het fysische aardsysteem in door o.a. de uitstoot van CO2, als stuwkracht die het systeem uit evenwicht brengt. Het ‘systeem’ of de ‘aard der dingen’ kan niet anders dan haar creatieve streefkracht naar nieuw evenwicht inzetten. We weten het en toch blijven we er maar mee doorgaan. De cultuurlijke typerende mens-aspecten, als zijnde een bepaald type natuur, raken in toenemende mate verstrengeld met de fysische en fysisch-biotische aspecten van de natuur – en worden daar uiteindelijk door overweldigd.