Een realist zou zich kunnen afvagen: welke reële machten en krachten bepalen nu in deze natuur-cultuur verstrengelde tijd de feitelijke gang van zaken?  Zijn dat in feite niet de verstrengelde natuur/cultuurwetmatigheden zelf? Waar de mens toch min of meer aan onderhevig blijkt te zijn, ondanks de eventuele opbouw van tegenkrachten?

Een realistisch idealist zou zich kunnen afvragen: Hoe kunnen gewenste paradigma’s en bijbehorende reactiepatronen en leefstijlen (nieuwe, sobere, met op dit moment nog onvoldoende kracht en macht), hoe kunnen we die zodanig ontwikkelen en incorporeren dat die tot mondiale kracht en macht worden gebracht, zodat we op beheerste wijze door het Antropoceen kunnen navigeren?

Er is niets mis met realistisch idealisme, maar zoals het nu gaat, suggereren de consequenties van de ontwikkelingen dat de voorwaarden zelfs voor een dergelijk idealisme dun worden. Steeds dunner. Als idealisme enkel wensdenken is omdat het losgekoppeld is van realisme, dan is er wel iets mis mee. Moeten we immers niet gewoon constateren dat de tijd voor wensdenken voorbij lijkt te zijn?

Wel een lastige want vage scheidslijn natuurlijk, die tussen realistisch en niet-realistisch idealisme ofwel wensdenken. Het grijze gebied daartussen is misschien ook wel in kaart te brengen, of een poging daartoe.

Maak jouw eigen website met JouwWeb