Het mensdier kan gezien zijn aard zich enkel in stand houden d.m.v. het onttrekken van exogene energetische hulpmiddelen uit zijn omgeving: de mens heeft per definitie een technonatuur om zich leefbare sferen te creëren. Dat heeft ie succesvol gedaan, uiteindelijk zo succesvol dat het wel moest leiden tot planetaire overshoot die uiteindelijk geen stand kan houden. Misschien dat het aardsysteem zich stabiliseert bij een teruggang naar bv. 1 miljard mensen, ik noem maar een willekeurig aantal.
Zoals nu blijkt heeft onze technonatuur meerdere gezichten. Geconfronteerd met het Antropoceen moeten we overschakelen van vervuilende technologieën naar eco-gebaseerde technologieën. We zijn goed in techno-oplossingen, dus dat zou ons toch moeten lukken? Dat is ons tot op heden onvoldoende gelukt en het zou weleens een illusie kunnen blijken. Achter het idee dat we moeten overschakelen zit een zeer logische wens. Ja, we zouden moeten. Iedereen roept iedereen daartoe op tegenwoordig. Achter het idee dat we in staat zijn om over te schakelen zit (nog steeds) een paradigma van maakbaarheid. Maar doordat de planetaire grenzen structureel en hardnekkig zijn en worden overschreden lopen we ook aan tegen de grenzen van de politieke maakbaarheid.
Het lijkt me dat we natuurlijk onderhevig zijn aan de gevolgen van onze typische menseigen aard, via welke deze keer het natuurlijke wetmatige overshootmechanisme is verlopen. Dit mechanisme behelst gunstige omstandigheden, succesfactoren en (exponentiële) groei. Een type maakbaarheid die ons min of meer overkomen is en die mogelijk was zolang we binnen de planetaire grenzen bleven.
Die situatie, daar verkeren we niet meer in.
Maak jouw eigen website met JouwWeb